Wat werkt echt als het gaat om leren in de zorgpraktijk? Hoe vaak moeten studenten bijvoorbeeld een handeling zien voordat ze deze zelf beheersen? Wat is de invloed van rolmodellen? Waarop letten studenten wanneer ze naar hun voorbeelden kijken? Moet die begeleider de student juist veel zelfstandig laten werken of er steeds bij blijven? En wie stuurt daarin – de student of de begeleider?
Tijdens het 17e HGZO-congres op vrijdag 24 maart gaat prof. dr. Nynke van Dijk in op feiten en fabels over het leren in de zorgpraktijk, bijvoorbeeld tijdens stages. Aan de hand van deze lezing kun je keuzes voor het praktijkopleiden onderbouwen en het soms impliciete leren in de praktijk effectiever maken.
Eerste workshops bekend
Hou de website van het HGZO-congres 2017 in de gaten voor het volledige congresboek met alle workshops.
Dit wordt medio februari gepubliceerd. Feit of Fabel? “De meeste mensen gebruiken bijvoorbeeld de linkerhersenhelft voor de meeste aspecten van taal, terwijl de rechterhersenhelft meer gespecialiseerd is voor ruimtelijke vaardigheden. Maar zelfs bij die specialisaties, zoals bij taal, blijkt dat ook de andere hersenhelft wel degelijk een belangrijke rol speelt.” Bron: Bruyckere, P. De, & Hulshof, C. (2013). Jongens zijn slimmer dan meisjes (6e ed.). Tielt, België: Lannoo. |
||
|